Opvang vluch­te­lingen


Indiendatum: 14 apr. 2022

Het college wordt verzocht de volgende vragen schriftelijk te beantwoorden:

1. Kunt u aangeven wat er bedoeld wordt met “…en andere woningzoekenden die om verschillende redenen dringend een woning nodig hebben”?

2. Kunt u aangeven wat de tijdsduur is dat deze tijdelijke units in gebruik zullen zijn?

3. Kunt u op een kaart aangeven wat de exacte locatie en omvang wordt van deze units, inclusief aanvullende bijgebouwen?


In de brief wordt aangegeven dat er onderzoek wordt uitgevoerd naar de flora en fauna van deze

plek.

4. Door wie wordt het onderzoek uitgevoerd en wordt bijvoorbeeld de Stichting Dassenwerkgroep Utrecht hierbij betrokken gezien hun expertise van de dassen in dit gebied en hun eerdere onderzoeken?

5. Worden in dit onderzoek alle ontwikkelingen die nu plaatsvinden in het leefgebied van de dassen integraal onderzocht en meegenomen bij het onderzoek? (o.a.: ontwikkeling Mgr. Blom, OLV ter Eem, ICB voertuigenstalling ProRail, werkzaamheden Westelijke Ontsluiting)

Toelichting

In de collegebrief van 31 maart (2022-060) wordt gesproken van opvang van vluchtelingen, huisvesting van statushouders en andere woningzoekenden die om verschillende redenen dringend een woning nodig hebben.

Indiendatum: 14 apr. 2022
Antwoorddatum: 10 mei 2022

Antwoord 1

In het collegebericht over de tijdelijke uitbreiding van het azc wordt aangegeven dat de gemeente, samen met het COA, toe wil werken aan een regionale opvanglocatie met flexibele schil (onderdeel van de flexibilisering asielketen). De term ‘andere woningzoekenden’ wordt gebruikt om andere doelgroepen met een urgente woonvraag te duiden. Bijvoorbeeld statushouders die anders langer moeten verblijven in de opvang vanwege woningnood, jongeren of arbeidsmigranten.

Antwoord 2

Van Wijnen Projectontwikkeling Midden is eigenaar van de grond en stelt de locatie ter beschikking voor een periode van maximaal drie jaar. De units zullen ook maximaal 3 jaar in gebruik zijn.

Antwoord 3

De units komen in het zelfde gebied als waar de vorige keer in 2016 ook de units hebben gestaan. Op dit moment wordt nog gewerkt aan de tekeningen met de exacte locatie van de units en eventuele bijgebouwen. Verwacht wordt dat we eind april over een precieze tekening beschikken.

Antwoord 4

Het onderzoek wordt uitgevoerd door Ecogroen. Beschikbare onderzoeksgegevens uit het gebied zijn in het onderzoek meegenomen. Het onderzoeksbureau heeft contact gezocht met de Stichting Dassenwerkgroep Utrecht & ‘t Gooi om de opzet van het onderzoek te bespreken en later om de resultaten met elkaar te bespreken. De dassenwerkgroep is hier niet op ingegaan.

Antwoord 5

Ecogroen heeft onderzoek gedaan en gebruik gemaakt van onderzoeksgegevens uit een groot gebied waarbij looproutes, foerageergebieden en verblijfplaatsen van de das in kaart zijn gebracht. Alle ontwikkelingen kunnen effecten hebben op potentieel leefgebied van de das. De optelling van al deze ontwikkelingen en het effect op de das is zeker een aandachtspunt. Bij de beoordeling van het effect van een ontwikkeling op de das, worden cumulatieve effecten als gevolg van deze ontwikkeling en eerder vastgestelde plannen in het gebied meegenomen. Uitgangspunt voor dit onderzoek is dat de ontwikkeling van het Monseigneur Blomterrein plaatsvindt na de tijdelijke uitbreiding van het AZC.